De inwoners van de Twentse stad Enschede ( Eanske ) ook wel Tukkers genoemd staan bekend als een nuchter volk, ook al zijn ze dronken, worden ze nog als nuchter beschouwd.
Veel van die inwoners werkten in de textiel en Enschede was dan ook textielstad nr. 1.00
In de jaren 60.00 floreerden de textielfabrieken als Richtersbleek, Bamshoeve, Blom, Jannink, ter Kuile, Blijdenstein, Tubantia nog volop met de van Heek’s voorop, welke wereldwijd beroemd waren om hun manchester. Waar nu het meubelplein is werd in die jaren geheel gebruikt als fabriek van Schuttersveld van de firma van Heek. Er werd in die tijd door de textielfabrikanten veel activiteiten ontwikkeld, op zowel sportief gebied, waarbij wij denken aan voetbal, tennis, biljarten en kaarten, maar ook aan cultuur zoals een toneelverenigingen en muziekkorpsen en stadsontwikkelingen als parken ( hierbij te denken aan het volkspark, van Heekspark en Ledeboerpark). Begin jaren zestig toen men moeilijk aan werknemers kon komen, kwamen als eersten de Italianen naar Enschede gevolgd door de Spanjaarden. Er werd toen nogal vreemd tegen deze bevolkingsgroep aangekeken en veel jonge mannen zagen ze als concurrenten bij het zoeken naar een meisje, met als gevolg dat er regelmatig onregelmatigheden ontstonden tussen de Tukkers en de Italianen.
In die tijd was Enschede de muziekstad van Enschede met bands als de White Rockets ( later de Buffoons ) en Teach Inn die voor velen als voorbeeld golden. In de tweede helft van de jaren zestig was Enschede een stad met een bloeiende popcultuur. Nieuwe groepen als Honest Men,, Highway, the Chains , de Indeeds, Black Devils, the Nightstars, Centurions, ZUV X8, Rowdy’s, Sint Johns Family, Source, Rabbits en Hun schoten als paddenstoelen uit de grond en de betere bands waren één a twee keer per week te beluisteren in één van de vele buurt- of clubhuizen of toenmalige rockpodia zoals o.a. de Katheeker ( nu Atak ), Cromhof Boerderij , Eastern Star Club, Hotel Modern of Zaal Irene.
Nu in het jaar 2025.00 leeft deze popcultuur veel helemaal op en zijn er ook nu weer op diverse locatie’s bands te horen die de muziek van die tijd vertolken, met als hoogtepunt toch wel Textielbeat, welke meer dan 35.00 jaar deze muziekstijl in ere houdt.
De Oude Markt is al sinds jaar en dag het uitgaansgebied van Enschede, waar nu de Kater, Paddy’s, Sam Sam, Fabels, de Beiaard en Moeke gevestigd zijn had je er in eerdere jaren Moby Dick, het Witte huis, hotel Atlanta voor mensen van de blauwe knoop, Walk Inn en studio B, als uitgaansmogelijkheden.
De wijken als Pathmos ( ook wel de Drentse wijk genoemd, omdat veel fabrieksarbeiders die er woonden uit Drente kwamen i.v.m. de armoede in Drente ), de Sahara (zo genoemd om de witte huisjes ) , het Laares en gedeeltes van het stadsveld en Twekkelerveld in Enschede werden vooral bewoond door de fabrieksarbeiders, terwijl wijken als het Zwik, Bruggert, en Hogeland meer de wijken voor de witte boorden waren. Waar vroeger de gasfabriek stond, ten zuiden van de toenmalige Edo Bergsmabrug ( tussen Tubantia en de Kuipersdijk ), was nog een kleine wijk de Gaskrim genoemd ( nu het Eeftink ). Dit was een van de armoedigste wijken van Enschede, waar vaak gebeurtenissen plaats vonden die het daglicht niet konden verdragen en daar dan ook regelmatig invallen ( razzia’s ) werden gedaan.
De stad breidde zich ook gestaag uit in die jaren met wijken als het Boswinkel, Mekkelholt en Deppenbroek. En niet veel later de wijken Wesselerbrink, Stroinkslanden en Helmerhoek. Ondanks de vele uitbreidingen is Enschede de groenste stad van Nederland gebleven.
Op 14.00 september 1964.00 werd door koninging Juliana en prins Berhard de TH Twente geopend met de eerste 200.00 studenten welke nu uitgegroeid is tot de UT Twente met meer dan 12000.00 studenten (bron wikipedia )
In de jaren 1950.00 ging Enschede door de 100.00 bewonersgrens heen en heeft tot op heden een groei tot de 161.70 inwoners bereikt. Deze groei is de laatste jaren vooral te danken aan de immigranten.
Sportief had de gemeente altijd hoog in het vaandel staan, wat blijkt uit de vele verenigingen en sportlocatie’ s. Qua voetbal ( Richtersbleek, Sportclub en de Enschedese Boys om een paar van de oudsten te noemen ) deden ze vanaf het begin van het betaalde voetbal met in de hogere sferen. Ook zwemvereniging als EZC ( nu ZCE ) en Thialf mochten zich scharen onder de betere zwem- en waterpoloclubs van Nederland. Niet te vergeten verenigingen als Näas, Richtersbleek en DOS WK, allen korfbal, Boks vereniging DOS, Hengelsportvereniging V.I.O.S. ( in de jaren zestig meer dan 12.00 leden ) en de vele kleine verenigingen zoals kaart-, biljart-, bridge-, schaak- en dam- en judoverenigingen, ( vergeef me de vergeten sporten te noemen ) hebben meegewerkt aan de ontwikkeling van onze mooie stad.
De oorspronkelijke taal die er gesproken wordt is Nedersaksisch en er wordt door de inheemse bewoners onder elkaar nog steeds veel in het Twents dialect gesproken.